Een Geschiedenis van Roulette

Als je ooit een casino hebt bezocht, ken je ongetwijfeld het spel roulette. Dit wereldberoemde kansspel dankt zijn naam aan het Frans voor “klein wiel” en wordt gespeeld in casino’s over de hele wereld. Maar waar komt dit spel eigenlijk vandaan? En waarom zijn er zoveel versies van? Als je een liefhebber van roulette bent, wil je waarschijnlijk wel wat meer lezen over z’n geschiedenis.

De uitvinding van roulette

Als je niet veel weet over over de oorsprong van dit iconische spel, dan is daar een goede reden voor. De uitvinding van roulette is namelijk gehuld in mysterie, verschillende bronnen zijn het oneens over de exacte datum waarop het spel werd uitgevonden. Sommigen geloven stellig dat het in Europa is ontstaan, in de Franse gokhuizen, terwijl anderen beweren dat het is gebaseerd op een oud Chinees bordspel, met 37 dieren die in ‘magische vierkanten’ waren gerangschikt.

De meest populaire theorie is dat roulette werd uitgevonden door de Franse natuurkundige Blaise Pascal. Pascal was een zeer vooraanstaand figuur in de wetenschap en de wiskunde, en een van zijn wiskundige ondernemingen was het onderzoeken van kansberekening en gokken. Hij was de eerste persoon die heeft onderzocht hoe kansberekening en gokken echt werken. Hij schreef zelfs een verhandeling genaamd “Geschiedenis van Roulette”, over zijn zoektocht naar een formule om de kansberekening bij draaiende wielen te berekenen. Velen geloven dat roulette slechts een bijproduct was van dit wiskundig genie en zijn pogingen om een perpetuum-mobilemachine uit te vinden.

Roulette in de 18e en 19e eeuw

In de 18e eeuw begon roulette in Frankrijk wijdverspreid te geraken. Dit spel verschilde van de modern versie – het had twee extra vakjes, een rode nul en een dubbele nul die zwart was. Dat betekende dat je op rood of zwart kon inzetten en toch kon winnen als het balletje op een van beide vakjes terechtkwam. Later – in de 19e eeuw – kregen deze vakjes een groene kleur.

Het was ook in de 18e eeuw dat experts strategieën begonnen te ontwikkelen die tot op de dag van vandaag de beste strategie voor roulette bepalen. Ze maakten er een gewoonte van om de steeds complexere kansberekeningtheorieën van hun tijd te gebruiken om een beter inzicht te krijgen in hoe ze het huis konden verslaan. Doorheen de 18e en vroege 19e eeuw piekten de liefde en interesse voor het spel, maar toen koning Lodewijk Filips I in 1837 alle casino’s in Frankrijk sloot, moesten de roulettespelers ondergronds gaan.

Franse gokkers moesten kiezen tussen Spanje (de grensstad San Sebastian werd voor velen een thuis weg van huis) en Duitsland, dat de gokhoofdstad van Europa werd. Het was in Duitsland dat roulette verder evolueerde. Twee broers, Francois en Louis Blanc, die eigenaar waren van het casino Bad Homburg, verwijderden nullen van het wiel om een concurrentievoordeel te behalen. Deze versie werd al snel de populairste in heel Europa.

Amerikaans roulette

Het kansspel waaide in de 18e eeuw over naar Amerika, maar Amerikaans roulette had slechts 28 getallen, evenals een nul, een dubbele nul, en natuurlijk, een adelaarssymbool. Dit symbool vertegenwoordigde vrijheid voor de gokkers, maar het voegde ook een extra dimensie toe, waar de casino’s dol op waren. Als het balletje op de adelaar of de nullen terechtkwam, verloren de gokkers, en werden alle inzetten van tafel gehaald. Amerikaans roulette gebruikte een ander type wiel, dat zo goed werkte dat het ook de manier waarop roulette in Europa werd gespeeld beïnvloedde.

Roulette vandaag 

Roulette is vandaag de dag een vaste waarde geworden. Zowel de Amerikaanse als Europese versies van roulette zijn beschikbaar in casino’s en online, waar gokkers kunnen wedden in een omgeving die sneller en flitsender is dan ooit tevoren. Roulette kan worden gesimuleerd, uitgevoerd door robot-croupiers, of gewoon gelivestreamd vanuit een echt casino.