Paardrijden is een lonende en leuke sport, maar gezien de kracht, de snelheid, de hoogte en de onvoorspelbaarheid van een paard kan het ook best gevaarlijk zijn. De veiligste manier om te leren rijden, is met een ervaren instructeur en dan moet je beginnen met rijden op een rustig paard, dat lessen gewend is. Een instructeur kan je op een veilige manier rijvaardigheden, zoals stoppen en draaien, leren en je zult ook leren hoe je de overgangen tussen de verschillende snelheden kunt maken. Instructeurs kunnen je slechte gewoonten afleren voordat je ze in je routine begint op te nemen en ze kunnen voorkomen dat je gevaarlijke fouten maakt, die schade kunnen toebrengen aan je paard, de toeschouwers of natuurlijk aan jou als ruiter. Door het volgen van deze basisrichtlijnen kun je elke rit zo veilig mogelijk maken.

brown horse

  • Kies voor een paard dat geschikt is voor jouw rijvaardigheidsniveau. Beginnende ruiters moeten rustige, goed gemanierde paarden berijden, die gewend zijn aan de fouten die beginners maken.
  • Laat kleine kinderen niet zonder toezicht op een paard zitten of rond paarden lopen. Leer kinderen hoe ze zich rond paarden moeten gedragen. Ze moeten leren zacht te praten en zich langzaam te bewegen. Ook moeten ze een veilige afstand tussen zichzelf en het paard houden tenzij ze natuurlijk op het paard gaan rijden. Ze moeten ook leren om geen afleiding te zijn, wanneer anderen rijden. ​
  • De veiligste manier om te leren rijden, is met een ervaren rij-instructeur. Ga niet alleen aan de slag. Je leert niet alleen sneller met de hulp van een instructeur, het is ook veel veiliger en je leert het rijden beter onder de knie te krijgen.
  • Als je op een jong, groen (ongetraind) of onbekend paard rijdt, rijd dan onder toezicht en in een bekend gebied. Een paard meenemen op een onbekend pad of voor het eerst alleen gaan rijden waar er niemand in de buurt is, is geen goed idee.
  • Draag altijd een paardrijhelm met een ASTM-keurmerk. Uit onderzoeken is gebleken dat het merendeel van de dodelijke ongevallen bij ruiters te wijten is aan hoofdletsel. Ervaren ruiters zijn net zo gevoelig voor het oplopen van hoofdletsel als onervaren ruiters. Sommige statistieken suggereren zelfs dat ervaren ruiters nog meer kans hebben om gewond te raken dan beginners omdat ze meer snelheid maken. Zet elke keer als je gaat rijden een helm op en vergeet ook niet een veilige paardrijbroek te dragen.
  • Houd tijdens het rijden in een groep ten minste één paardlengte tussen de paarden. Als het ene paard te dicht op het andere paard loopt, kunnen ze contact maken en elkaar per ongeluk trappen.
  • Als je paard moeilijk te hanteren is, stap dan af en bekijk de situatie nog eens vanaf de grond.
  • Overweeg om een beschermend korset te dragen om zo ook je borstkas en rug te beschermen.
  • Controleer vóór het opstijgen of alles in orde is.
  • Controleer je uitrusting echt regelmatig op tekenen van slijtage en zwakte, vooral de stijgbeugelriemen.
  • Leer hoe je een noodstop (met een teugel) kunt maken.
  • Leer hoe je veilig kunt vallen. Dit garandeert niet dat je niet gewond raakt, maar je kunt zo wel leren hoe je blessures kunt voorkomen en hoe je van het paard weg kunt rollen.
  • Leer hoe je in geval van nood kunt afstappen. Soms is de veiligste strategie om snel af te stappen.
  • Draag stevige paardrijlaarzen met een hak van 2,5cm. Je kunt ook veiligheidsbeugels gebruiken om te voorkomen dat je voet door de stijgbeugel glijdt.
  • Zorg dat je tijdens het rijden altijd de volledige controle hebt. Net als bij autorijden of fietsen geldt dat hoe sneller je gaat, hoe sneller er ook dingen fout kunnen gaan.
  • Laat een kaart van je route achter en de geschatte tijd waarop je behoort terug te keren. Op die manier weten de mensen thuis wanneer ze zich zorgen moeten gaan maken en waar ze moeten gaan zoeken als je niet terugkomt.
  • Rijd altijd met een buddy. Neem als extra voorzorgsmaatregel een mobiele telefoon of een portofoon mee.
  • Een groot aantal ongevallen gebeurt langs de weg. Rijd niet over wegen waar auto’s en andere voertuigen je paard kunnen laten schrikken.
  • Pas in een groep de snelheid aan de capaciteiten van de minst ervaren ruiter en het groenste paard aan.
  • Ren niet met je paard terug. Loop het laatste stuk. Dit voorkomt de slechte gewoonte van haasten.

Dit zijn echt de basisregels. Wanneer je begint, moet je zo veel dingen onthouden maar je zult al snel merken dat je in de praktijk begint te begrijpen hoe paarden denken. Je wordt op een geven moment veel zekerder als je in de buurt van je paard bent en ook het rijden zal steeds beter gaan. Na verloop van tijd worden deze regels een gewoonte en een tweede natuur.

Leave a Comment